Het kan voorkomen dat we de hulp nodig hebben van externe partners. Bijvoorbeeld wanneer wij een begeleidingsvraagstuk niet meer verder vorm kunnen geven. Voordat er externe partners aan te pas komen brengen leerkrachten en ib’ers de ontwikkeling van een leerling op zo’n manier in beeld, dat er een specifieke vraag naar externe partners uitgezet kan worden.
De ib’ers begeleiden de leerkrachten bij dit proces en leggen de contacten met externe partners. We betrekken ouders/verzorgers zo snel mogelijk bij de zorgen die de leerkrachten hebben over de ontwikkeling van hun kind. Het streven is dat daar waar mogelijk leerkracht, ib’er, ouders/verzorgers en externe instanties aanwezig zijn bij de gesprekken over de ontwikkeling van de leerling. Samen zijn ze hiervoor verantwoordelijk.
Er zijn verschillende mogelijkheden voor het begeleiden van leerlingen. Daar waar mogelijk krijgen leerkrachten in de klas ondersteuning van een assistent, zodat zij zelf hun leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften kunnen begeleiden. Daarnaast kunnen leerkrachten begeleid worden vanuit het Kennis Centrum Onderwijs Groningen (KCOO). Vanuit het KCOO komen ambulant begeleiders observeren in de groepen. De observaties zijn gericht op zowel leerlingen als leerkrachten, maar altijd op aanvraag van de leerkracht.